In de natuur kom je tot rust. Toch?
Het geluid van de vogels, even geen vliegtuigen en vooral veel bomen. Terwijl ik dit schrijf hupt er buiten op het terras een koolmeesje heen en weer. De dreumes slaapt uit en ik geniet van een kopje thee. Als ik uit het raam kijk, zie ik alleen maar bomen. Blaadjes die dansen in de wind. Helemaal ontspannen. Zou je denken. Maar dit is dag drie én nu pas voelt het als rust. Wellicht heeft de nachtrust er aan bijgedragen.
Dat was gisteren wel anders. Toen moest ik eigenlijk alleen maar heel hard lachen en huilen van vermoeidheid tegelijk. Want daar lag ik, midden in de nacht, te staren naar het plafond. Wakker van de eekhoorns die aan het ruziën waren. Hoe paradoxaal wil je het hebben? Daarnaast draaide mijn hoofd overuren na het lezen van een magazine. Zo’n tijdschrift wat je meeneemt om lekker ontspannen te lezen. In plaats van ontspanning bracht het vragen, ideeën en onzekerheden. Dus daar lig ik. Lekker naar de bossen, weg van de vliegtuigen, om wakker te liggen van de geluiden van de natuur. Ik gniffel om mezelf terwijl ik van frustratie moet huilen. Enfin. Ik dacht, wie maakt mij wat. Hoe meer ik focus op hoe lang ik geslapen heb, hoe vermoeider ik ben. Ik heb geslapen. Ik kom de dag wel door. En zo gingen we, wandelen.
Lekker naar bossen, weg van de vliegtuigen, om wakker te liggen van de geluiden van de natuur
Wandelen in de natuur is de beste remedie
De natuur in. Want daarvoor zijn we hier. We rijden naar de parkeerplaats. Onderweg komen we de kudde Ijslandse pony’s tegen. Zo bijzonder. Eenmaal daar vinden we onze persoonlijke favoriet; het informatiebord. We ontdekken dat er zoiets bestaat als een ommetje Posbank. Een klein stukje wandelen, net leuk. Want begrijp me niet verkeerd, we zijn geen wandelaars die uren door de bossen gaan dwalen. Zeker niet bij temperaturen boven de 25 graden.
Oscar zit in de rugdrager. Het voelt wel een beetje alsof we het grote avontuur tegemoet gaan, wetende dat deze rugzak de hele wereld heeft gezien. De grijze pijltjes vertellen ons de weg over de heide wel. Simpel, denk ik nog. Maar de uitdaging begint al bij het vinden van grijze pijltje nummer 1. Is het dat pad? Nee, dat is paars. Weer oversteken. Maar kijk, daar staan Schotse Hooglanders. Laten we gaan kijken. Wel Schotse Hooglanders, geen grijze pijltjes. Na drie keer oversteken en heen en weer lopen vinden we het eerste paaltje met het grijze pijltje. Zo. Overwinning. hoor.
Volg gewoon de paaltje. Of je gevoel.
De dreumes geeft ondertussen geen onvertogen woord. Die zit prima in zijn troon en kijkt zijn ogen uit. En daar gaan we. Wandelen langs de uitgebloeide heide (Schat, volgend jaar gaan we wel met mijn verjaardag hoor) maar desalniettemin even prachtig. Het doet de wond van de geannuleerde rondreis door Amerika even verzachten. Want nu kunnen we toch hiken en natuur bekijken die we niet eerder zagen. Terwijl we rustig doorstappen, langs paaltje nummer 2 lachen we over die keer in Bryce Canyon.
Waar we ook zo’n ‘klein’ ommetje liepen. Hoge temperaturen, helse luchtvochtigheid en een halve liter water, bracht ons toen na een kleine 2 kilometer bijna uitgedroogd terug bij de auto. Al kletsend komen we bij paaltje nummer drie. Zonder grijs pijltje. Dat is gek. Misschien is er verderop een. Het is toch een rondje, zeg ik nog, dus als we zo ergens linksaf slaan komen we vanzelf weer terug. Maar het paadje linksaf komt niet. Wel andere paaltjes, met andere knooppunten en gekleurde pijltjes. Oh. Ik denk dat we een paaltje gemist hebben, padvinder.
Het is alles. En ontspannen.
Zullen we dan maar omdraaien? Het enige wat ik denk is, dan moeten we dat mooie pad wat we net naar beneden liepen, weer omhoog. Er zit niks anders op. De weg naar boven maken we aangenamer met wat humor. Terwijl Oscar de halve watervoorraad achterover gooit (letterlijk en figuurlijk) grappen we over krantenkoppen. Over hoe wij het presteren om te verdwalen: ‘Vader verdwaalt op Posbank. Moeder wist de weg wel.’ Over de dreumes, die de weg naar de toe-toe eenvoudig terugvindt en dan hulp haalt door te zeggen “mama is da, papa is da”. Ach, het is. wat het is. We zijn samen. We genieten van het uitzicht. Dus ik stap rustig door en geniet van al het moois om me heen. Want ik ben nog steeds aangenaam verrast. En ontspannen. Is dit ook Nederland? Het is prachtig. En ontspannen.
Liefs, Anouk

