Ik ben geen kip!
“Ik ben geen kip! Je zet me niet in een hok!” riep ze. Oeps! Mama-blogger Leonie verloor even haar zelfbeheersing. Midden in het zwembad. Tussen andere ouders en voor een baliemedewerker die er ook niets aan kon doen. Hoe dat zo ver kwam? Corona took over… lees het hier.
Alles behalve normaal
Tijdens de lock-down in maart schreef ik een artikel over het nieuwe normaal. Wat ik overigens een belachelijke term vond. Het nieuwe normaal is niet normaal. En toch werkt het echt zo. Nieuwe gewoontes die we noodgedwongen moeten toepassen beginnen toch normaal te worden. Neem de 1,5 meter afstand, waar het allemaal mee begon. In het begin moest ik er echt op letten. Inmiddels zet ik automatisch een stap achteruit als iemand te dichtbij komt. Hetzelfde met de mondkapjes. In het begin vond ik het maar gek en ongemakkelijk. Inmiddels heb ik ze standaard bij me en is het een gewoonte ze te dragen op openbare plekken. Het is normaal geworden.
Voor mij is de rek eruit
Toch is het elke keer weer een stap die ik moet zetten, een drempel die ik over moet. Eerst vind ik het stom, maar ik heb het gevoel dat ik geen andere keus heb dus ik doe het. Inmiddels zitten we in de tweede golf, die een tsunami lijkt te worden. Dus alles wat ik kan doen om te helpen dit virus tegen te gaan doen ik. Maar ik moet eerlijk zeggen. Ik word corona-moe. Het lijkt namelijk alsof elke keer als je aan een situatie gewend bent en een aanpassing hebt gedaan, er weer een nieuwe komt. En dat kost me veel energie.
Neem daarbij dat ik het druk heb op mijn werk. Neem daarbij dat we thuis af en toe wat uitdagingen hebben. En weg is de rek, weg flexibiliteit. Dat leidde bij mij tot het punt dat ik stampend en met stoom uit mijn oren het zwembad uitliep, totaal verbaasd van mezelf en overmand door mijn eigen boosheid. Ik ben er niets trots op, maar het gebeurde wel.
Lees ook: Hoe noemen we dat ook alweer?
Ouders mogen niet naar binnen
Het was dinsdag en op dinsdag is er altijd schoolzwemmen voor groep 2 en 3 op de school van onze kinderen. Ik stond op het rooster om mee te gaan als hulpouder. Dus mondkapje mee, de bus in, naar de kleedkamers. Tot dat punt verliep alles soepel. Toen kwam de juf binnen. Ze zei tegen mij en de opa van een ander kindjes die mee was: “Sorry, maar ik hoor net van de zwemjuffen dat ouders niet mee naar binnen mogen, dit valt onder de maatregel “geen supporters langs de lijn bij sport”. Dat meen je niet!
Fleur had er zo naar uitgekeken dat mama eindelijk weer een keertje kon kijken bij zwemles. De dagen afgeteld: “Mama, is het overmorgen dat jij meegaat? Mama is het morgen dat jij meegaat?” En nu lag Fleur al in het water en kwam ik niet verder dan de kleedkamer. Ik baalde daar wel van, ook ik had er naar uitgekeken. Maar wilde de juf niet in verlegenheid brengen, dus ik slikte het maar en droop af.
coronapoort des doods?!
Met de andere ouders liepen we de hal in. Dan gaan we maar in de kantine zitten. Oja… die is dicht. Ik zeg: “oh, ik ken deze hal, want ik volleybalde hier. Je kunt hier om het hoekje ook zitten”. En inderdaad, daar staan een paar tafels en stoelen. We gaan keurig uit elkaar zitten. Het valt ons op de achter een scherm de fysiotherapeut aan het werk is met cliënten. We kunnen best veel zien van wat cliënten aan het doen zijn. Maarja, dat zal wel goed zijn.
Dus we kletsen wat met elkaar en proberen er maar om te lachen. Maar de fysiotherapeut kon er niet om lachen en zei letterlijk dit: “Mensen, kunnen jullie je verplaatsen? Jullie lijken wel de Coronapoort des doods.” Dit verzin ik niet. Hij zei echt Coronapoort des doods. Ik ben verbaasd en kijk om me heen. Ja we zitten aan weerszijden van de hal op een rij, en de cliënten van deze meneer moeten tussen ons door naar zijn oefenruimte lopen. Ik begrijp dat dat niet ideaal is, maar er is geen andere plek voor ons om te wachten. En we zijn toch echt netjes verspreid gaan zitten.
Voor ik mijn verhaal vervolg; ik begrijp nog steeds niet waarom het niet veel handiger is om ons als ouders gewoon te verspreiden langs het zwembad. Dat is zooo groot, dan zit je meters uit elkaar. Beter voor iedereen, maar alá.
het hok
Een van de andere moeders staat nu op en loopt naar de balie. Ze legt het probleem voor een de baliemedewerker. Maar de mevrouw van de balie weet het ook niet en zegt dat we daar maar moeten blijven zitten. Niet veel later komt er een man aan met een sleutelbos. Hij zegt: “Ik heb een oplossing!” Wij, alle 7 ouders, staan op en volgen de man. Hij leidt ons richting de kleedkamers van de sporthal en ik denk: “Nee het zal toch niet? Hij gaat ons toch niet in een kleedkamer stoppen? Ja, dat moet wel, want in deze hal zijn alleen maar kleedkamers.” En ja hoor, hij doet het!
Hij opent kleedkamer 1 en nog voordat hij wat kan zeggen ontplof ik bijna. “Meent u dit? Nee, dit gaat te ver! Ik ga dit niet doen! Ik weet niet wat jullie doen maar ik ga hier niet in. Ik laat me niet in een hok stoppen, ik ben geen kip! Stampvoetend loop ik weg, de andere ouders lopen achter mij aan. Ik loop de hal in, langs de balie en zeg dat ik het echt belachelijk vindt. De mevrouw achter de balie wordt boos omdat ik boos ben en omdat zij ook alleen maar de maatregelen moet hanteren. Zeven volwassenen in een niet-geventileerde ruimte stoppen van 3 bij 6 meter dat gaat er bij mij niet in. Ik besluit dat ik wel buiten wacht.
Wat gebeurde er zojuist?
Eenmaal buiten komt het stoom nog uit mijn oren. Ik pak gelijk mijn telefoon en bel mijn man. Ik lucht mijn hart en vertel hem wat er gebeurde, hoe dit leuke schooluitje voor mij in het water viel (haha leuke woordspeling) en hoe ik de controle over mezelf verloor. Dat het eigenlijk niet netjes was van mij, maar dat ik ook alleen maar werd overmand door emoties. Ik ben de corona-maatregelen zo zat. En het is ook niet netjes van het zwembad, daar blijf ik bij. Al snap ik ook wel dat zij ook zoekende zijn en in gekke situaties terecht komen. Oh, ik wordt er ook gek van. Dat constante wikken en wegen. Waar heb ik begrip voor, wat móet nou eenmaal, wat accepteer ik, wat is redelijk, hoe voel ik me hierbij? Dat laatste, hoe voel ik me hierbij? Ik baal gewoon.
Ik wil graag genieten van het moment dat ik even met mijn kleinste meisje mee mag en haar mag zien zwemmen. Ik wil geen mondkapje op. Ik wil niet angstig een stap achteruit doen als er iemand vlak achter me langs loopt in de supermarkt. Ik wil mijn vriendinnen knuffelen en mijn zussen en mijn ouders. Ik wil met mijn kinderen mee de school in als ik ze wegbreng ‘s morgens. En ik baal ervan dat mijn kind alléén die stap moest maken naar groep 3 en ik haar op het plein moest afzetten en dat ik die Mijlpaal vanaf het schoolplein moest bekijken. Ik baal ervan.
Een engel met een appel
Mijn man heeft niet veel tijd om te praten. Dus hangen we gauw op. Het begint te regenen en ik ga op de grond zitten, tegen de muur, onder een afdakje. Ik heb door dat al een paar minuten een man naar mij staat te kijken vanaf het fietspad. De man parkeert zijn fiets en komt naar me toe. Hij vraagt wat er aan de hand is. Ik sta op en vertel hem wat er gebeurde en dat ik het allemaal stom vind. Hij zegt dat het wel goed komt en opent zijn tas. “Ik heb iets voor je”, zegt hij. Hij haalt een appel uit zijn tas en geeft die aan mij. En hij zegt: “Eet deze lekker op en ga dan weer naar binnen”.
Hij geeft me een knipoog en fietst weg. Ik blijf een beetje overdonderd staan en kijk naar de appel in mijn hand. Een vreemde gaf mij zojuist zijn appel. Wat ontzettend lief. Die appel is een klein gebaar, maar het is in geen 1000 woorden uit te drukken hoeveel dit voor mij betekende op dat moment. Deze appel en deze meneer gaven mij hoop en kracht om door te gaan.
houd vol
Lieve mama’s. Het is oké. Het is oké als je het even zat bent. Het is oké als je je geduld verliest. Het is oké als je kritisch bent. het is oké als je meebeweegt. Het is oké als je emotioneel bent. Het is oké als je baalt. Deel het met elkaar, baal even samen met je broer, zus of een vriendin. Geef elkaar daarna een appeltje, of een knipoog. En doe dan iets waar je vrolijk van wordt. Houd nog even vol!
