Samen ziek; hoe onzeker je als moeder wordt als je kind ziek is
Veel moeders zullen dit kunnen beamen: er is weinig dat zó hartverscheurend, frustrerend en ellendig tegelijkertijd is als een ziek kind hebben en niet goed kunnen duiden wat er aan de hand is. Het overkomt je als moeder een aantal maal tijdens je moedercarriere. Het zieke kind en de twijfel of het echt iets ernstigs is of toch zal overwaaien. Vooral als je net voor de eerste keer moeder wordt en je overvallen wordt door de verantwoordelijkheid voor een baby.
Elk huiltje, kuchje, steuntje, snotneusje. Alles is wennen en je moet je kind nog goed leren kennen. Dus als een dokter vraagt: “En…. Reageert uw kind anders dan anders…?”, kon ik zelf alleen maar bedenken: “Ik weet niet eens wat normaal is”. Als jonge, net begonnen moeder kan daarom niets je zo onzeker maken en ellendig laten voelen als een ziek kindje. Ik kan me het continue temperaturen van een kleine baby Fabian goed en de uren in de douche tijdens een kroep aanval in ieder geval nog levendig voor de geest halen.
Kleine kindjes, kleine zorgen?
Naarmate je kind groter wordt en niet zo snel echt ‘stuk’ lijkt te gaan, groeit het vertrouwen. De angst vlakt gelukkig vaak iets af. Totdat die gekke kids ineens tóch rare klachten krijgen. Dan voel je jezelf weer net zo hulpeloos als een flink aantal jaren gelden toen je net moeder was met je kleine zieke baby’tje.
Zo ook hier. Onze prepuber van 11 is het schoolvoorbeeld van een gezonde Hollandse jongen. Blozende wangen met af en toe een verkoudheidje, hoofdpijn of Oost-Indische doofheid maar we voelen ons erg gezegend met en dankbaar voor zijn blakende welzijn. Vorige week klaagde hij ineens over wat buikpijn. En na 11 jaar ‘mom experience’ dacht ik dat het wel over zou waaien. Iedereen heeft weleens buikpijn en het is een spannende tijd met de Corona-perikelen en met een andere structuur.
Toen de buikpijn na 3 dagen aanhoudend bleef en hij zich vermoeid erbij voelde, begonnen er toch wel wat alarmbellen te rinkelen. Niets zo vreselijk als een spoedconsult bij de huisarts in combinatie met een licht verwijtende blik en een spoeddoorverwijzing naar de spoedeisende hulp. Het vermoeden was een blindedarm of buikvliesontsteking.
Hij heeft aanstelleritus, mevrouw
Met een licht schuldgevoel gepaard gaande met een snufje zelfverwijt (had ik toch te lang gewacht, had ik het niet te licht opgevat) spoedde ik me met kind en al naar huis voor autosleutels, verzekeringspas, knuffel en alvast een pyjamaatje voor de zekerheid. Vier uur, twee mondkapjes, drie buisjes bloed, een urineonderzoek en een echo later bleek er (gelukkig!) niets te vinden. Wat de buikpijn dan wel veroorzaakte? Daar hadden zelfs de dokters geen idee van. Een a-typisch virus, een vervelende infectie; ze konden het niet zeggen, al meende ik bij een van de co-assistenten te bespeuren dat ze eigenlijk ‘aanstelleritus’ had willen zeggen.
Ik vind het heel erg om te zeggen, maar…. Bijna had ik gehoopt dat er gewoon een duidelijke blindedarmontsteking uit de testen was gekomen. Deels omdat er dan een duidelijke aanwijsbare oorzaak was voor zijn vreselijke buikpijn en dat verholpen kon worden, maar ook deels omdat ik de behoefte voelde om me te verantwoorden tegenover de ietwat eigenwijze en hooghartige co-assistente. Het liefst had ik tegen haar willen zeggen: “Ik ken mijn kind! Ik weet dat het zich niet aanstelt! Ik kom hier met een reden en niet zomaar voor de lol!”
Schuldgevoel en onzekerheid, ook na 11 jaar
En zie hier, komt daar nou ineens een aapje uit de mouw. Ondanks mijn 11 jaar ‘mom-experience’ en het schilletje van zelfvertrouwen, zit daar nog steeds een stukje onzekerheid als het aankomt op het wel en wee van mijn kind. Bij de huisarts voelde ik me schuldig omdat ik bang was dat hij vond dat ik te lang had gewacht. En bij de co-assistent in het ziekenhuis voelde ik me schuldig omdat ze me het gevoel gaf dat ik ‘zomaar’ naar het ziekenhuis was gekomen. De moraal van dit verhaal is natuurlijk dat ik de cruciale factor ben in deze: waarom zou ik me in vredesnaam zo druk maken over wat doktoren zeggen en van me vinden, als de enige aan wie ik verantwoording schuldig ben mijn (zieke) kind is?
Samen ziek zijn is stiekem fijn
Anyhow, terug naar de gebeurtenis: “Vond je het spannend Fabian?” vroeg ik mijn grote kleine man onderweg terug van ziekenhuis naar huis. En met lodderige oogjes van ellende bracht het arme schaap uit: “Nee joh, we zijn toch samen? Jij regelt alles en dan komt altijd alles goed. Als ik geopereerd had moeten worden had je vast weer iets cools bedacht, zoals stiekem pizza bestellen of tv kijken ofzo”. En ondanks alle ellende voelde ik me toch even alsnog een hele goede supermoeder. Samen fixen we het wel. En zo gold dat ook voor het onbekende en a-typische buikvirus. Na 8 dagen was er geen vuiltje meer aan de lucht en had Fabian de ellende overgedragen op mama. Die deze blog schrijft vanuit bed. Met een laptopje. En een kopje thee van Fabian. Samen ziek, maar gelukkig niet tegelijkertijd.
Liefs, Chantal


2 Comments
David
Samen ziek, maar wel tegelijk is helaas wel een hel..
Ingrid
Troost je, die onzekerheid blijft af en toe terugkomen. Ook als ze ‘zelfstandig’ zijn. Altijd je hart volgen ❤️